Zaterdag 24 aug.  Ervy-le-Chatel- Vincelles   60 km

Na een heerlijke zwoele avond voor de tent, genietend van een goed glas wijn en van elkaar,  duiken we een beetje overmoedig zonder, zoals we iedere dag doen, alles regenbestendig op te bergen in onze slaapzak. Fout.....halverwege de nacht breekt er een forse onweersbui los en een regen!!! s'Morgens loopt het letterlijk en figuurlijk onder onze tent door en staat het water in onze schoenen, die overigens wel onder de tent staan, maar.... Net niet goed genoeg. We nemen dus maar de tijd en laten zo goed en zo kwaad als het gaat de boel een beetje drogen. De temperatuur is flink gedaald en hoewel we nog steeds met een hemdje kunnen fietsen lijkt het wel 20 graden kouder dan gister. Eerlijk gezegd kan ik niet genoeg krijgen van het heerlijke frisse windje en heb het gevoel dat ik weer lucht krijg. Het asfalt is weer afgekoeld en rijdt een stuk plezieriger. Ik moet wel lachen als we moeiteloos een tractor (met een bejaarde boer) voorbij rijden. Ha ha, zegt Huib, dat geeft toch maar weer een goed gevoel en dat hij stapvoets rijdt, dat vertellen we er niet bij hoor!  We lunchen op een bankje in een dorpje bij een prachtig wasplaats, die aan een aftakking van een rivier ligt. Kronkelend gaat ons pad over de heuvels en het klimmen en dalen gaat genadeloos  door. Verwonderd vraag ik me toch af waar ze in Champagne de champagne van maken. Want in de vele kilometers die we door de provincie zijn gefietst, zijn we geen druif tegengekomen. Wel zonnebloemen, waar we jammer genoeg te laat voor zijn, om ze in volle glorie te zien stralen. De gele kransen zijn verdord en hun koppen staan in rouw, zwaar van de olie. Wonderlijk dat de kennelijk super sterke stengels gewoon recht op blijven staan bij weer en wind. Vlak voor Chabli krijg ik het eerste druivenveld in zicht en we rijden Bourgondië in en voila, de wijnvelden strekken zich voor ons uit. De dorpjes staan boordevol Cava's en domeinen. Wat een verandering van omgeving en we blijven stijgen tot Auxerre in beeld krijgen. We fietsen hoog en draaien rechts om de kolossale stad heen, wat een uitzicht. Het centrum van deze stad ligt hoog en daar zullen we niet komen. Eens in een ver verleden lag het hart van de stad  in het dal. Toen toen de Noormannen op hun rooftochten op weg waren naar Auxerre, hebben de bewoners hun hele hebben en houden opgepakt en zijn met rasse schreden naar de top van de heuvel verplaatst, waar ze zich beter konden verdedigen. Als we van onze heuvel afdalen en via de de brug over de Yonne rijden moeten we van de fiets af om de grote grote rivier, de boten aan de wal, de bruggen en basilieken te bewonderen. En weer rijden we langs een jaagpad, deze keer langs de Yonne, stroomopwaarts. Telkens passeren mooie sluisjes met een water hoogteverschil van anderhalf tot twee meter en meesterlijke waterwerken waarmee de Fransen zo te zien deze rivier goed hebben weten te temmen. En zo fietsen we de camping op aan het kanaal naast de rivier. Waar we als ons kampement weer is opgeslagen toasten met een goed glas Chabli, op weer een uitzonderlijk mooie dag.